In de rust van de wedstrijd tegen FC Groningen is de analyse duidelijk. Feyenoord komt nog niet makkelijk aan voetballen toe en vindt zelden de vrije man op het middenveld. Desondanks kan Priske met tevredenheid zijn blik wenden tot het scorebord. Na de 0-1 krijgen de Rotterdammers steeds meer grip op de wedstrijd. Dit wordt ook in De Eretribune erkend.
Mario Been ziet waar het probleem ligt. ''Het is moeizaam. Ondanks dat staan ze 0-1 voor en hadden ze aan het einde van de eerste helft de wedstrijd al op slot kunnen gooien. Zechiël die voor z'n laatste lijn speelt om aanspeelbaar te zijn, weten ze niet of nauwelijks te bereiken. Ook Nadje en Timber die hoger op het veld staan niet. Beelen z'n eerste balcontact is altijd naar achter, waardoor hij de bal niet kan aanspelen. Als Groningen door dekt, kan Feyenoord in de 1-tegen-1 komen voorin.''
De spits uit Mexico heeft duidelijk niet zijn dag. Kwakman vindt echter dat dit geen uitzondering is in de vorm die de aanvaller laat zien. ''Ik begin het echt zorgelijk te vinden. Als het aan het reizen ligt, moet je niet spelen. Als de tegenstander 1-op-1 door dekt, heb je een spits nodig die je aan kunt spelen. Hij verliest elk duel, hij heeft één keer mazzel met die actie die hij daarna goed speelt naar Nieuwkoop. Hij speelt als een ouderwetse spits, die op z'n goaltje wacht.''
De eerste helft wordt verder gekenmerkt door overtredingen. Met name FC Groningen maakt zich schuldig aan de nodige schermutselingen op fysiek gebied. Zo heeft Thom van Bergen in de veertiende minuut geen enkele intentie om de bal af te snoepen van Igor Paixão. Met een wilde sliding blesseert hij de Braziliaan net niet. Kwakman is duidelijk: ''Van Bergen ontsnapte aan een rood kaartje. Hij deed het om te laten zien hoe hard hij werkt. Hij is zoveel te laat.''
Lees het artikel op de mobiele website