Het boek ‘Wij houden van die club’, dat het seizoensgeschenk is voor alle leden van Het Legioen, wordt aanstaande zaterdag voorafgaand aan de wedstrijd tegen N.E.C. officieel gepresenteerd in De Kuip. In het boek vertellen in totaal 36 Feyenoorders over hun liefde voor en leven met de club. In de aanloop naar de presentatie is op deze site een deel uit één van de bijzondere verhalen uit het boek te lezen. In deel IV: Robert Eenhoorn, oud-honkballer en tegenwoordig technisch directeur van de Nederlandse honkbalbond.
Hoewel hij uit eigen ervaring weet dat winst en verlies in de sport dicht bij elkaar kunnen liggen en een goede vorm niet alleen bepaald wordt door wat er in de kranten of op internet te lezen valt, telt dat voor hem op zondag om half drie niet. ‘Vakmatig weet ik dat je niet altijd kunt winnen. Maar als supporter ben je zodra er wordt afgetrapt helemaal niet geïnteresseerd in de achtergronden en wil je gewoon dat er gewonnen wordt.’
Het is een instelling die hij deelt met tienduizenden supporters in het stadion en honderdduizenden thuis voor de televisie of achter de radio. ‘Het supporterschap van Feyenoord verbindt ons met elkaar’, zegt hij. ‘Ik wil niet zeggen dat we met zijn allen lijden, maar de momenten dat we echte euforie hebben meegemaakt zijn op één hand te tellen. Omdat de mooie momenten bij Feyenoord schaars zijn, worden die momenten ook heel intens. Als sportman heb ik dat ook meegemaakt, om ergens echt naar toe te leven. Als datgene waarvoor je hebt geknokt dan uitkomt, valt alles om je heen even weg. Dan voel je echt alleen nog maar vreugde. En in het stadion kun je dat delen met anderen, dat is schitterend.’
Het is om die reden dat Eenhoorn graag tussen de ‘normale’ mensen zit in De Kuip. Vroeger deed hij dat bijvoorbeeld op de vakken achter het doel. Tegenwoordig zit hij samen met mensen die van verschillende vakken komen in een business unit. Daar zitten supporters die hun emoties de vrije loop laten, zoals hij dat zelf ook graag doet.
De gelijkmaker van Pierre van Hooijdonk in de kwartfinale van de UEFA Cup in 2002 staat hem wat dat betreft het beste bij. De aanvaller kopte diep in blessuretijd de gelijkmaker binnen in De Kuip, sleepte zo een verlenging uit het vuur en maakte in de strafschoppenreeks uiteindelijk de vijfde en beslissende treffer. ‘Op zo’n moment word je weer kind’, zegt Eenhoorn met glinsterende ogen. ‘In het openbaar moet ik me altijd een beetje gereserveerd opstellen, mede door mijn carrière. Maar op dat moment viel alles om me heen weg. Dat is nou ook het mooie van kind zijn. Dan heb je geen zorgen, dat komt allemaal later pas. Op dat moment voelde ik alleen pure vreugde.’
Plaats reactie
Je bekijkt nu de reacties waarvoor je een notificatie hebt ontvangen, wil je alle reacties bij dit artikel zien, klik dan op onderstaande knop.
Bekijk alle reacties