John de Wolf weet als geen ander hoe het is om verdediger te zijn voor Feyenoord en kan zijn ervaring delen met spelers als Dávid Hancko en Quilindschy Hartman. De assistent-trainer vertelt meer over het afgelopen seizoen en zijn samenwerking met de Slowaak in het Life After Football magazine.
"Dávid is een harde werker en daarmee doe ik hem eigenlijk nog tekort", begint De Wolf. "Hij wil altijd trainen. Hij wil altijd het veld op en hij is ook echt een liefhebber. Als ik zeg dat hij een teamplayer is, doe ik hem te weinig eer aan. Teamplayer is natuurlijk een fantastische eigenschap, maar hij heeft ook de individuele kwaliteiten waardoor hij een teamplayer kan zijn. Ik vind dat hij alle facetten van een verdediger heeft."
Vaste waarde
Waar Hancko zelf niet overtuigend durft uit te spreken dat hij trots is op zichzelf, laat De Wolf geen stilte vallen en spreekt hij lovend over de Slowaak. "Ik weet hoe moeilijk het kan zijn om je plek te vinden bij een nieuwe club, maar Hancko maakte vanaf dag één aan iedereen duidelijk dat hij een hele goede vaste waarde voor Feyenoord is. Dat heeft hij afgedwongen."
Band opbouwen met spelers
Als assistent-trainer van Arne Slot is De Wolf onder andere verantwoordelijk voor de verdedigers. "Als ik over bepaalde situaties begin, weet Dávid altijd meteen waar ik het over heb. De spelers moeten weten dat ze altijd bij mij terecht kunnen, dus dat zeg ik vaak tussen neus en lippen door. Je bouwt zo gewoon banden voor het leven op."
De Wolf ziet dat in het elftal van afgelopen seizoen alles precies goed viel. "De voetbalwereld is een jungle waarin je zelf moet overleven, maar altijd in het teambelang moet denken. Je vormt een winnaarsmentaliteit doordat je één team bent. Van de kapitein tot de spelers en van de technische- en medische staf tot alle stille krachten. Die puzzel past precies in elkaar."
Kampioenschap
Nu De Wolf ook de landstitel heeft gewonnen als assistent-trainer, kan hij goed de vergelijking leggen tussen zijn kampioenschap als speler en nu. "Ik denk dat ik dit kampioenschap aan het einde van de rit nóg mooier vind. Toen waren we pas vlak voor het einde kampioen. Nu waren we het hele seizoen simply the best. Ik ben natuurlijk ook een stukje ouder geworden. Dan word je een beetje emotioneler."
Lees het artikel op de mobiele website