De kracht achter Dávid Hancko is zijn gedachte om altijd hard te werken, vooral harder dan de tegenstander doet. Wekelijks is dat bij de verdediger terug te zien op het veld en juist daardoor lijken de Slowaak en Feyenoord een perfecte match. Zijn tweede seizoen bij de Rotterdammers komt bijna tot een einde, maar eerst wil hij zondagavond nog de KNVB Beker winnen.
"Ik was als voetballer nooit het grootste talent", begint Hancko in gesprek met het Algemeen Dagblad. "Bij Zilina zat ik in de jeugdopleiding en keek ik op naar Milan Skriniar. Hij was drie jaar ouder dan ik en vertrok naar Sampdoria in Italië. Ik kon later zelf ook naar clubs in Italië en Engeland, maar in eerste instantie niet voor het eerste elftal. Ik vond dat ik nog harder moest werken, nog meer moest doen. Ik wilde zo graag verder komen. Misschien werkte ik zelfs wel te hard in die tijd. Dat zit er nou eenmaal in."
Toch is hard werken niet altijd de enige oplossing. "Neem de strafschop die ik miste tegen AS Roma. Ik heb zo vaak geoefend, maar op dat moment gaat het dan toch mis. Ja, daar heb ik letterlijk wakker van gelegen. Niemand van de supporters, medespelers of pers nam het me kwalijk, maar het voelde vreselijk. Aan de andere kant weet ik ook: het kan gebeuren. Stel dat we tegen NEC ook strafschoppen moeten nemen, dan loop ik daar niet voor weg."
Hancko staat bij Feyenoord nog onder contract tot medio 2028. "Daardoor kunnen niet veel clubs mij kopen'', beseft de Slowaak. "Als ik nog tien jaar bij Feyenoord zou spelen, zou ik echt gelukkig zijn. Maar voor een sportman is het ook normaal om het hoogste na te streven. Ik kijk weleens naar de grote clubs in de Champions League, naar wedstrijden in de Premier League of andere grote competities en dan denk ik wel: hoe zou ik er op dat niveau in dat shirt uitzien?"
Met zijn woorden lijkt Hancko wel aan te geven dat, als de juiste club komt, hij deze zomer een mooie stap wil en kan maken. "Kan ik daar wat ik bij Feyenoord kan? Datzelfde dacht ik toen ik van Sparta Praag naar Feyenoord ging. Het hoort bij sport om zo te denken. Dat heeft helemaal niets te maken met Feyenoord, want dat ik van deze club, de stad en de fans houd, dat is wel duidelijk. We wonnen samen de titel en nu willen we de beker pakken. Dat is waar het nu om draait.''
Lees het artikel op de mobiele website