''Met zulke cijfers word je nooit kampioen''

De eerste van twee wedstrijden tussen de beste clubs van Nederland is vandaag geëindigd in een 1-2 nederlaag voor Feyenoord. De Rotterdammers hadden deels de overhand tegen de Eindhovense opponent, maar drukte niet door en kregen te makkelijk twee doelpunten tegen. Daarmee is de kans op titelprolongatie heel klein geworden. Dat zien de vaste gasten bij Podcast Feyenoord ook in. De radiocommentatoren van RTV Rijnmond zien een zorgwekkende trend.

''Die 0-1 kwam voort uit een persoonlijke fout. Daar zien we er te veel van. Ze hebben al 13 tegendoelpunten, dat is bijna één per wedstrijd. Met zulke cijfers word je nooit kampioen. Zeker hoe die tegendoelpunten dan vallen door fouten van spelers die je vorig jaar helemaal niet zag, zoals Geertruida die een pirouette wil maken'', begint Dennis van Eersel aan de analyse van de topper.

Toch heeft Kranenburg ook andere inzichten opgedaan tijdens de enerverende 90 minuten. ''Feyenoord heeft echt wel kansen gehad in deze wedstrijd. Ze hebben altijd veel kansen nodig om tot doelpunten te komen. Daar zit ook wel een sleutel in voor Feyenoord, meer doelpunten maken uit de kansen die je krijgt. PSV heeft 3 corners gehad en er kwam een doelpunt uit. Feyenoord heeft niks uit al die, misschien wel tien, hoekschoppen gehaald.''

Van Eersel komt nog eens terug op zijn eerdere voorbeeld. De fout van Geertruida had wellicht met iets anders te maken. ''Hij is teruggekomen van het Nederlands elftal met een blessure. Het kan zijn dat hij niet helemaal 100% fit is. Tegen Atletico en PSV is dat niet voldoende. Bij Feyenoord zie je heel vaak dat spelers heel snel worden afgefakkeld als het even tegenzit, dat is een heel irritant trekje. Terwijl Geertruida één van de grootste talenten is en misschien wel de hoogste marktwaarde vertegenwoordigd.''

Een opvallende statistiek waar Van Eersel later in de podcast mee op de proppen komt. ''Het moyenne van Feyenoord in duels met Ajax en PSV in De Kuip is opmerkelijk. Arne Slot heeft niet één van deze wedstrijden gewonnen.'' Zijn collega gaat in op het, bij tijd en wijlen, langzame spel: ''Je zag een aantal keer spelers in de opbouw dat ze de bal niet kwijt konden. Ze bleven maar achterin rondspelen, dan dacht ik: 'je moet naar voren'. Ik keek naar voren en zag ik geen beweging in de aanval en op het middenveld. Je zag de verdedigers staan waar ze de bal kwijt moesten. Dat was een ergernis'', concludeert Kranenburg.